[ Pobierz całość w formacie PDF ]
.‘Heb je zijn naam?’‘Greg Usher.Ik heb alle informatie over hem in Karly’s dossier in mijn kantoor.Hij heeft een strafblad.’‘En hij loopt vrij rond?’‘Voor zover ik dat weet wel.’‘Heb je een foto van Karly?’ vroeg Dixon.‘Niet bij me.’‘Weet je of hij onlangs heeft geprobeerd contact met haar op te nemen?’ vroeg Mendez.‘Dat zou ze ons verteld hebben.’‘Misschien durfde ze dat niet.’Daar had Jane geen antwoord op.Ze wist het niet zeker.‘Heeft ze een auto?’‘Ja, een goudkleurige Chevy Nova.Uit 1974 of 1975.Ik heb het kentekennummer in haar dossier.’‘Waar is de auto?’ vroeg Mendez.‘Ik weet het niet.Hij staat niet bij het huisje.’‘Ze kan dus weg zijn gegaan.’‘Nee.Ze is niet zomaar vertrokken.’‘Jane, je weet net zo goed als ik hoeveel van deze vrouwen teruggaan naar de man die ze heeft mishandeld,’ zei Dixon kalm.‘Onze vrouwen niet.’Dixon trok een witte wenkbrauw op.‘Niemand?’Jane Thomas fronste haar voorhoofd.Ze wist wel beter.‘Deze niet.Dat zou ze niet doen.Ze zou Petal nooit zomaar achterlaten.’Mendez stopte midden in een woord met schrijven.‘Petal? Wie is Petal?’‘Karly’s hond.’Zijn hart sloeg over en begon daarna sneller te slaan.‘Wat voor soort hond?’‘Een pitbull.Hoezo?’Hij draaide zich naar Dixon.‘De kinderen zeiden dat er een zwart-witte hond op de misdaadplek rond liep.Het kan een pitbull zijn geweest.’‘O mijn god,’ fluisterde Jane Thomas terwijl ze zich op de stoel achter zich liet zakken.Ze sloeg haar hand voor haar mond en de tranen schoten in haar groene ogen.‘Waar is ze?’ vroeg ze.Ze keek niet naar Mendez of naar Dixon, maar staarde naar de vloer alsof haar leven ervan afhing.‘Kan ik haar zien?’Dixon zuchtte.‘We sturen het lichaam naar de patholooganatoom in het district Los Angeles, maar het is nog niet weg.Maar misschien is het beter om naar een paar polaroidfoto’s van de misdaadplek te kijken.’‘Nee.’‘Jane…’‘Ik wil haar zien.’ Ze keek naar Dixon, en Mendez vroeg zich af hoe goed die twee elkaar kenden.‘Ik moet haar zien.’Dixon wilde iets zeggen, maar klemde in plaats daarvan zijn lippen op elkaar en keek uit het raam.De stilte hing als mist in de lucht.Het beeld van het gezicht van de dode vrouw verscheen voor Mendez’ geestesoog.Hij wilde dat hij er niet naar had hoeven te kijken, maar het was zijn werk.Uiteindelijk knikte Dixon.‘Goed dan.Maar ik waarschuw je, Jane, het wordt moeilijk.’‘Laten we dan zorgen dat het snel achter de rug is.’Ze stapten met zijn drieën in een sedan en Mendez reed hen naar rouwcentrum Orrison.Niemand zei iets.Dixon zat met Jane Thomas op de achterbank, maar ze keken niet naar elkaar, zag Mendez, die in de achteruitkijkspiegel naar hen keek.De directeur van het rouwcentrum nam hen mee naar de geel betegelde balsemruimte waar het slachtoffer in een lijkzak op een baar lag te wachten tot ze naar de stad werd getransporteerd.Dixon stuurde de man weg, die de deur achter zich dicht deed.‘We denken dat ze nog niet lang dood was toen we haar vonden,’ zei Dixon.‘De ontbinding is minimaal, maar niet afwezig.’Jane Thomas staarde naar de lijkzak.‘Laat het me zien.’‘Ik wil dat je voorbereid bent…’‘Verdomme, Cal, laat het me gewoon zien!’ snauwde ze.‘Het is zo al moeilijk genoeg!’Dixon stak zijn handen omhoog in een gebaar van overgave.Mendez ritste de zak los en trok hem voorzichtig open.Jane Thomas sloeg een hand voor haar mond.Alle kleur verdween uit haar gezicht.‘Is dit Karly?’ vroeg Dixon.Ze gaf niet meteen antwoord, maar staarde een hele tijd zwijgend naar de vrouw op de baar.‘Jane? Is dit Karly? Is dit Karly Vickers?’‘Nee,’ zei ze uiteindelijk, met een stem die weinig meer was dan een ademhaling.‘Nee.Dit is Lisa.’‘Lisa?’‘Lisa Warwick,’ zei ze.Ze begon te trillen.‘Lisa heeft voor ons gewerkt.’‘Deze vrouw heeft voor je gewerkt?’ vroeg Mendez.‘Ja.’‘En een van je cliënten wordt vermist.’Ze gaf geen antwoord.Ze was in shock.Daarna begon ze te huilen en heen en weer te wiegen, en Cal Dixon liep naar haar toe en legde zijn handen op haar schouders om haar te steunen.Mendez keek zijn baas aan.‘Drie dood, een vermist.Denk je nog steeds dat we niet te maken hebben met een seriemoordenaar?’‘Bel Quantico,’ was het enige wat Dixon zei.Mooi zo, dacht Mendez.Want dat had hij namelijk al gedaan.14Vince Leone sloot het portier van zijn auto.Het geluid sneed door zijn hoofd.Hij keek omhoog naar de hemel.Het blauw was zo intens dat het pijn deed aan zijn ogen.Hij zette zijn Ray-Ban op en ademde de frisse herfstlucht diep in.Zijn hoofd vulde zich met de geuren van Virginia: vochtige aarde, bos, gemaaid gras.Op het terrein van de academie wemelde het van de mensen.Jonge agenten liepen af en aan.Veteranen, zoals hij, haastten zich van het ene gebouw naar het andere voor nieuwe vergaderingen.Voetstappen op beton, flarden conversatie, een grasmaaier, geweerschoten in de verte: de geluiden waren stuk voor stuk een aanslag op zijn oren.Zijn zicht, gehoor, gevoel en reukvermogen leken allemaal intenser en gevoeliger.Misschien was het een innerlijke behoefte om zo veel mogelijk leven te absorberen, of misschien had het iets te maken met de kogel in zijn hoofd.Hij liep het gebouw in, sloeg af naar de liften en drukte op de knop voor de kelderverdieping.Helemaal naar beneden.Mensen stapten bij hem in de liftkooi [ Pobierz całość w formacie PDF ]
Powered by wordpress | Theme: simpletex | © Nie istnieje coś takiego jak doskonałość. Świat nie jest doskonały. I właśnie dlatego jest piękny.